Snij 1 grote ui in ringen. Verhit een scheutje olijfolie en bak de uien tot ze zacht en gekarameliseerd zijn.
Snij de teentjes van een halve bol knoflook fijn en doe ze in een kommetje. Snij een bosje verse koriander fijn en gooi bij de knoflook in het kommetje. Doe er 2 eetlepels olijfolie bij, 2 eetlepels witte wijnazijn, 1 eetlepel suiker, zwarte peper uit de molen, ½ theelepel cayennepeper en 1 theelepel piri piri saus (of eventueel tabasco). Meng dit goed door elkaar.
Maak 4 stukken kabeljauw (of nog beter: ontzouten bacalhau) vochtig en bestrooi ze aan beide kanten met zout en peper. Strooi paneermeel op een bord en doop de kabeljauwstukken aan alle kanten in de paneermeel zodat er aan alle kanten een laagje paneermeel blijft kleven.
Verhit in een andere pan een flinke scheut olijfolie en bak de stukken kabeljauw goudbruin en krokant. Laat ± 8 grote garnalen meebakken met de kabeljauw.
Haal de roosjes van 1 struik broccoli en snij de stam van de broccoli in stukjes. Kook de broccoliroosjes en de stukjes stam beetgaar. (of gewoon gaar als je dat lekkerder vind).